Portefeuillehouder(s): Groothuismink, Mutluer
Programmadoelstelling en de rol van de gemeente
In Zaanstad willen we dat alle inwoners kunnen meedoen, zo veel mogelijk op eigen kracht, met behulp van het eigen netwerk en een krachtige buurt. Goed en toegankelijk onderwijs is het fundament waarop kinderen en jongeren hun talenten kunnen ontplooien en leren om in een context van diversiteit samen te leven. Leefbare wijken zijn een belangrijke voorwaarde om Zaankanters gezond en waardig ouder te kunnen laten worden. Waar bewoners, jong en oud, hindernissen ervaren in het meedoen, of dreigen te vereenzamen, bieden we ondersteuning; licht waar mogelijk, zwaarder en specialistisch indien nodig. Er ligt een stevige opgave om de zorg betaalbaar en toekomstbestendig te houden. |
Voortgang 2019
Maatschappelijke ondersteuning
De zwaarte van de zorg neemt af. De meer kritische indicatiestelling door de Sociaal Wijkteams leidt tot toekenning van lichtere, en dus goedkopere, indicaties bij de arrangementen. De maatregelen rondom het creëren van kostenbewustzijn bij de Sociaal Wijkteams en de kwaliteit van de indicatiestelling werpen dus hun vruchten af. Dat is een mooi resultaat, mede gezien het feit dat dit jaar de nieuwe aanbieders van de wijkteams zijn gestart.
Wel zien we dat het aantal gebruikers van de arrangementen stijgt. Deze toename is het sterkst bij de arrangementen waar Hulp bij het huishouden (Hbh) een onderdeel vormt. Deze ontwikkeling schrijven we toe aan de aanzuigende werking van het abonnementstarief dat sinds 1 januari dit jaar ingevoerd is.
Omdat de stijging van het aantal gebruikers gecombineerd gaat met de gemiddelde zorgzwaarte, is de verwachting dat de financiële opgave voor de zorgkosten in 2019 gerealiseerd kan worden.
De hulpmiddelen die de wijkteams in bruikleen verstrekken zijn gedateerd, waardoor het aantal vervangingsaanvragen groot is. Het gaat hier bijvoorbeeld om rolstoelen en scootmobielen waarmee inwoners meer mobiel zijn en in staat worden gesteld om te participeren. Ook zien we een toename van (duurdere) hulpmiddelen buiten het kernassortiment. De komende tijd zullen we inzetten op het vergroten van de kennis over hulpmiddelen bij de indicatiestellers in het wijkteam.
Een aanzienlijke toename van kosten van het AOV wordt met name veroorzaakt door bestaande klanten, die steeds vaker gebruik maken van het AOV.
Op de budgetten voor PGB’s is opnieuw een onderschrijding te verwachten. Deze trend was al in 2017 zichtbaar en zet nog steeds door. Bij de toegang is in de afgelopen jaren steeds meer aandacht voor de vraag of een inwoner voldoende in staat is om zelf de regie te voeren over de ondersteuning en in staat is om het budget goed te beheren, om te garanderen dat zij de juiste ondersteuning ontvangen.
Onderwijs
We trekken steeds meer samen op met het onderwijs binnen verschillende beleidsthema’s. Zo is gezamenlijk de aansluiting van onderwijs en jeugdhulp verder vorm gegeven en zijn we gekomen tot afspraken over hoe de aansluiting eruit moet zien. Binnen proeftuinen kijken we nu hoe we deze afspraken in praktijk kunnen brengen. Verder hebben we dit jaar samen met de schoolbesturen geïnvesteerd in het terugdringen van het lerarentekort. Dit heeft geleid tot het aantrekken van 20 zij-instromers, waarvan 13 zij-instromers zijn gestart in september.
Op het gebied van het onderwijsachterstandenbeleid (OAB) zijn we met schoolbesturen en kinderopvang in gesprek over effectieve interventies en een slimme organisatie van het OAB. Ook wordt er een monitor ingericht om zo goed mogelijk zicht te hebben op de toeleiding van kinderen naar voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Met deze monitor krijgen de GGD, kinderopvang en gemeente goed zicht op alle doelgroepkinderen en kan er gericht worden ingezet op kinderen die niet zijn aangemeld bij de vve terwijl dit wel goed voor ze zou zijn. De monitor zal in januari 2020 geïmplementeerd worden.
Het leerlingenvervoer werd dit jaar goed gewaardeerd door ouders (met een 7,9) en ook de scholen zijn tevreden over de samenwerking rondom het aanvragen van het vervoer. De prognose is echter wel dat de kosten voor leerlingenvervoer dit jaar stijgen. We zien met name een toename in kosten bij de vervoerder, te verklaren door een BTW-verhoging en een prijsindexatie. Daarnaast zien we een toename in het aantal aanvragen voor leerlingenvervoer. Deels kan dit worden verklaard door een stijging van ongeveer 7,5% van het aantal leerlingen in het speciaal onderwijs.
Jeugdhulp
De beheersmaatregelen die in 2018 zijn ingezet hebben nu zichtbaar effect. Het aantal kinderen in de zorg neemt af sinds het tweede kwartaal van dit jaar. Ook de verhouding verschuift van segment-C (zwaar/langdurig) naar segment-B (licht). Het instroomcijfer in deze B/C-verhouding is nu 80/20. Doordat de zwaardere hulp ook vaak langdurig is, zijn de financiële effecten van de maatregelen beperkt zichtbaar. We verwachten dat de verschuiving in de instroom ook steeds verder doorzet voor het totaal aan verleende zorg en dat daarmee de kosten verder zullen dalen. Daarnaast hebben we via het instellen van richtbudgetten meer grip gekregen op de regionale aanbieders en geeft de aansluiting van de gegevens van aanbieders en de gemeente een consistenter beeld. Hierdoor zijn we als gemeente steeds meer in control.
Binnen het regionaal Transformatieplan Jeugd werken we aan een aantal ambities, zoals: het verminderen van het aantal uithuisplaatsingen, een afname van de inzet van crisishulp/-opvang en het versterken/verbeteren van pleegzorg. Aangezien de meeste bovenregionale projecten pas later in het jaar 2019 zijn gestart, is het budget niet volledig uitgegeven. We schuiven de overgebleven gelden door naar komende jaren en kunnen zodoende in 2020 en 2021 verder inzetten op de ambities.
Met de aanbieders van de Jeugdteams geven wij de Doorontwikkeling Jeugdteams, zoals vastgesteld in de raad op 24 april 2019, verder vorm. Wij verwachten begin 2020 met een Stedelijk jeugdteam te kunnen gaan werken waarbij de toegang tot jeugdhulp samen met en vooral ook bij Centra Jong en de Sociaal Wijkteams en het onderwijs ingeregeld is. Zo werken professionals nog beter samen op de plekken waar jeugdigen zijn en kunnen gezinnen sneller en op alle leefgebieden afgestemde hulp ontvangen. Ondertussen werken we hard aan het opzetten van goed preventief aanbod in de stad: dit varieert van Scheiden zonder Schade, Kansrijk Opgroeien tot de JOGG aanpak.
Strategische agenda Ouder Worden
Zowel in de wijken als op stedelijk niveau werken veel Zaanse partners samen aan de ambities van de gezamenlijke agenda Ouder Worden. Daarbij wordt ingezet op passende woningen voor ouderen (zie programma 4) en is de lokale alliantie Eén tegen Eenzaamheid opgericht (zie programma 3). Het gaat om een integrale aanpak door te denken en handelen vanuit de leefwereld, in plaats van vanuit de schotten van beleid, regelgeving en financiering. Hiervoor zijn naast de bovenstaande punten zelfredzaamheid, veiligheid, mobiliteit, voorzieningen en de ondersteuning van mantelzorgers centrale aandachtspunten. Ook werken we samen aan een dementievriendelijke stad.